Op verzoek van Peter Janssen en Tobi Favié plaats ik hier het verslag dat André van de Geijn heeft gemaakt over de Hornelandrally 2007. André is met zijn bestuurder Peter Dutman in een Giulia met startnummer 27 gedeeld achtste geworden. Beter dan ik, want ik ben op vrijdagnacht, aan het eind van de etappe, 's nachts om een uur of twee, met mijn bestuurster uit de bocht gevlogen en toen was het voor ons over en uit. We mankeerden niets, maar de auto was half over een greppel gevlogen, en met de achterkant erin blijven steken. Hij was er pas de volgende ochtend met een takelwagen eruit te krijgen. De auto had wel schade, maar dat kan wel weer gerepareerd worden.
Foto's van de Horneland zijn te vinden op de site van Jan-Peter Anbaum,
hier dus. Er rust copyright op, dus ik wil ze hier niet kopiëren. Klik ook eens op nummer 73, dan zie je dat wij (startnummer 122) niet de enigen waren die uit de bocht waren gevlogen.
Enfin, hieronder volgt het relaas van André van de Geijn. Dit verslag staat ook op de site van de DHRC, het komt in het meinummer van de AMKlassiek en zal ook in het Rallyjaarboek 2008 komen te staan.
Jacques Limpens
De 10e Hornelandrally, een lustrum waardig.
Het systeem van de Horneland is “punten vrije route” op Michelin-kaarten 1:200.000. Die worden weliswaar opgeblazen tot 1:100.000 maar de informatie blijft uiterst summier en onbetrouwbaar. Als je thuisgekomen de kaarten vergelijkt met de 1:50.000 atlas van België geloof je je ogen niet. Niets is wat het lijkt. En dan heb ik het nog niet eens over de “oude-wegsituaties”.
De 10e Hornelandrally gaat wat ons betreft de geschiedenis in als een geslaagde en zeer zware rally voor zowel de deelnemers als hun auto’s.
De Horneland staat altijd al te boek als een uitputtende rit met -sinds 2005- een heel korte nachtrust.
Als daar dan ook nog regen bij komt, wordt het er niet makkelijker op.
Toen Peter Dutman me op donderdagmiddag kwam ophalen in Winterswijk, leek het dus een pittig weekend te worden.
Toch gingen we goedgemutst richting Weert. Vorig jaar waren we 9e, dus achteraan zouden we toch niet eindigen?? De auto was nog helemaal nagekeken en we hadden er alle vertrouwen in.
In Weert geen technische controle dus geen wachttijden en een snelle documentencheck op een locatie die door de kaarten van de organisatie goed te vinden was. Daarna lekker eten en slapen bij “Munten”.
Voorbereiden kun je je niet, dus wat kon ons gebeuren.
Op vrijdag bij de start was het nog droog toen we vertrokken voor de rit van 1150 km in 24 uur. We begonnen zigzaggend over de Belgisch-Nederlandse grens richting Achtmaal. Het ging regenen.
Onderweg vormde een bos ten zuiden van Reusel een probleem. Er stond een groep Horneland-enthousiastelingen met VIP’s te kijken naar alle verrichtingen, maar ze stonden op de verkeerde plek. Daar kwamen ze zélf later pas achter. De meeste deelnemers gingen ná de groep naar rechts maar je moest juist vóór de groep naar rechts. Dit resulteerde in veel manoeuvres rond de toeschouwers. Wij waren blij dat we op die plek niet als 100e langs kwamen. Door de regen van de laatste dagen was het op een gegeven moment één grote modderpoel. Slechts weinigen zagen de juiste oplossing in één keer.
Na de lunch weer naar het westen en op vrijdagmiddag vlak langs Antwerpen. Dit was stressen in verband met het strakke tijdschema.
Wij redden het nèt. Gelukkig konden we bij de kerncentrale van Doel nog wat energie tanken voor de rest van de dag. Vanaf Hulst ging het naar het zuiden richting Lille.
Onderweg kregen we een van de verbindingstrajecten die tijdens de rally voor de nodige rust en tijd zorgden om even alvast wat in te tekenen en te meten. We kwamen aan bij het Mercure, op zich een goede keus, maar het diner kon bijna niemand bekoren.
Direct na het inchecken en het diner was het al weer tijd voor het avondtraject. De Tourklasse mocht vanavond thuisblijven. In de regen werden we richting Ieper gestuurd, een gebied met veel rally-historie. Het was daar pikkedonker en uitgestorven.
Peter had gelukkig een flinke bak licht op de Alfa en dat hielp. Het was puur leedvermaak als je “treintjes” achter elkaar de verkeerde afslag zag nemen, maar voor je het wist, was je zelf fout bezig. Dat kostte veel tijdstraf want er waren intervallen bij van 7, 8 en 10 minuten en dus kon je je niks permitteren.
Er was één TC bij die erg tricky stond opgesteld na een oude wegsituatie.
De bemanning vertelde dat praktisch iedereen er eerst voorbij reed.
Velen hebben die avond een TC gemist.
Eindelijk terug in het hotel konden we nog even een biertje pakken en snel naar bed.
Na 3 uurtjes slaap, in mijn geval, moesten we er al weer uit voor de start. Het weer was omgeslagen en de zon scheen.….laag midden in ons gezicht.
Het is ook nooit goed. Maar met wat adrenaline in ons bloed werden we snel weer scherp. De route was prachtig. Vooral de kasseien en de weg over de Kluisberg waren mooi. Talrijk waren ook de tractoren en andere machines die lekker breed op de weg vóór je bleven rijden. Het tijdverlies werd door stevig doorrijden enigszins goedgemaakt. Tijdens de lunch aan de Meuse was het na aftrek van tijdstraf 10 minuten prima toeven in de zon.
Na de lunch begonnen voor ons de problemen. Vrij snel misten we 3 controles. Dit is bij de Hornelandrally goed te controleren doordat de organisatie de reeksen 1,2,3 en A,B,C achter elkaar plaatst en door afwisselen van zelfschrijver en stempel fraude voorkomt. Je weet dus vrij snel of je iets niet goed hebt gedaan.
Wellicht dat de fouten ontstonden door de toenemende vermoeidheid.
Feit was dat de situaties érg veel afweken van de kaart wat het nodige gezoek tot gevolg had. Rond het dorpje Coutisse zagen we overal auto’s keren en van links en rechts komen. Niemand wist waarheen we moesten. Bovendien was het belangrijk om binnen de 30 minuten straftijd te blijven. Dit zijn van die momenten…..
Vervelend was het daarbij dat we op een gegeven moment door een wielerronde 7 minuten aan de broek kregen en een stuk moesten omrijden. Die amateurs bléven maar komen en óók weer terúgfietsen over hetzelfde stuk weg. Op zo’n moment is de auto te klein.
Aan het eind van de middag kregen we een stuk 1:50.000 voorgeschoteld. Dit was érg flets gekopieerd en ik kon de kaart slechts lezen met behulp van een loupe. Moeilijk was het echter niet.
Bij de grens werden we opgevangen en hoorden we wie er gewonnen hadden. Daar bleek gelukkig de sportieve sfeer onder de kanshebbers. Vervolgens ging het geneutraliseerd naar manege “De IJzeren Man”. De auto mocht in de manege geparkeerd worden. Het was een leuke locatie om te finishen, het was er gezellig en het buffet was goed verzorgd.
Gelukkig was de zaal nog lang niet leeg bij de prijsuitreiking. Voor de afwisseling wonnen Harm Lamberigts en Arthur Denzler de Sportklasse. Giel en Arjan van der Palen wonnen de Tourklasse.
Van de 100 deelnemers zijn er 22 niet gefinished.
De organisatie verdient alle lof voor deze grandioze rally.
Er waren weinig klachten van de overheden dus de waarschuwingen vooraf hebben hun doel niet gemist.
André Jetten, de wedstrijdleider, had bij de briefing gezegd dat de PK’s moesten worden aangesproken in deze heftige rally. Nou, dat is zeker gebeurd.
De Alfa Giulia 1600 Super van Peter heeft dan wel niet zo veel PK’s als de Porsches en opgevoerde Escorts, maar als je de gang erin houdt kun je in de Hornelandrally best goed eindigen.
Heel blij met onze gedeelde 8e plek zijn we voldaan naar huis gereden.
Volgend jaar weer!!
André van de Geijn.